Dag 18: In Havana is alles extremer
De mooiste gebouwen staan in Havana. Dit is een zaal uit het voormalige paleis van Fidel's voorganger, president Battista.
Havana is echt de hoofdstad van het land: in Havana is alles uitvergroot ten opzichte van de andere steden. We hebben nergens zulke mooie gebouwen gezien als hier. In Havana wordt ook volop gerestaureerd en zelfs nieuw gebouwd. Je hebt een grotere keus in restaurants, zelfs met westerse gerechten. Zelfs de Cubaanse keuken is hier beter; ze beschikken over een grotere selectie van ingrediënten dan elders en zijn niet bang die volledig te benutten. Nergens kom je zoveel muziek tegen als in het oude Havana, maar dat kan ook komen omdat hier busladingen toeristen losgelaten worden (die zijn we nog niet tegen gekomen).
In Havana staan de meest vervallen huizen. Balkons en muren brokkelen af, later stort het dak in en daarna de vloeren. Er zijn huizen waarvan alleen de muren nog staan, of ook dat niet meer.
Maar Havana is ook in negatieve zin extremer. De vervallen huizen uit de Buena Vista Social Club documentaire zijn er echt, en je hoeft er niet ver naar te zoeken. Havana heeft meer gaten dan de andere steden die we opgezocht hebben, of ze zijn beter zichtbaar.
Je wordt hier ook meer aangesproken door
jinteros die erop uit zijn je sigaren of rum te verkopen of anderszins te profiteren van je aanwezigheid. Maar er zijn ook hele vriendelijke Cubanen met wie je een leuk (kort, ai, dat Spaans) gesprek kunt voeren.
Het blijft een stad met twee gezichten. Maar de aangename kant van de stad is genieten!
