; ;
Dagboek
 


Kloosters

Vanuit het vliegtuig keken we het laatste deel van de vlucht neer op een zonnig Myanmar. Vlak voor de landing vlogen we door een dik wolkendek en werd de wereld grijs. Eenmaal in het hotel barstte een flinke regenbui los die overging innlichte regen. Ideaal weer voor een excursie naar nabij gelegen pagoden.

In een ervan werden we door een monnik aangesproken die vol vuur uitlegde wat je moest doen met de kopjes water en het kleine Boeddhabeeld, en vooral wanneer. Van het een kwam het ander en voerde hij een kleine afvaardiging rond in de wereld van de kloosters die om de pagode heen lagen. hij was zelf het meest trots of onder de indruk van een aantal nieuwgebouwde kloosters die met geld van rijke edelsteenhandelaren verrezen. Die kloosters hebben het formaat van een groot huis, met slaapzalen, enkele gebedszalen en een grote keuken, geschikt voor bewoning van een tiental monniken. Al waren er ook vaak minder bewoners.

Wat vooral opviel aan de kloosters was de bijna steriele sfeer. In oudere kloosters en pagoden zijn de gebedsruimtes vaak gezellig vol, maar hier stond vaak niet meer dan het minimum. Veel aandacht besteed aan de bouw, maar de donaties houden daar blijkbaar op. Er komt eerder een nieuw klooster dan dat een bestaand uitgebouwd wordt.

Blijkbaar een beetje gezeur van een bezoeker, want onze gids was razend enthousiast over de nieuwste en meest lege kloosters. Het verschil in inzicht heeft het plezier in het rondleiden en de rondleiding niet in de weg gezeten. Na enkele uren moesten we in rap tempo richting onze dinerafspraak, wisselden we e-mail gegevens uit en verdween onze gids in de ingevallen duisternis.